Woord van studieprefect Martine van Bouwdijk
Waren we de eerste van het bisdom Breda die de synodale handschoen hebben opgepakt? Misschien wel. Op zaterdag 23 oktober 2021 werd bij gelegenheid van de Dies Natalis, de verjaardag, van de PDOB een Kleine Bovendonk Synode gehouden. Het was een enerverende en vreugdevolle ervaring.
Studenten en staf hadden ieder een gast uitgenodigd om mee te doen. De diversiteit van de groep was groot: familieleden, vrienden, (oud)collega’s of connecties vanuit een kerkelijke context. En ook wat geloof of kerkbetrokkenheid betreft was de groep gemêleerd. In een feestelijke setting hebben we eerst Bovendonk aan onze gasten laten zien. We hebben in groepjes van zes personen aan tafel met elkaar kennisgemaakt. Na de vespers is het tafelgesprek voortgezet en is de synodale vraag voorgelegd. De centrale vraag luidde: hoe staat het met onze dialoog met mensen die niet gelovig of kerkbetrokken zijn, bijvoorbeeld familie, vrienden, buren collega’s? Wat leren wij van hen en wat willen wij dat zij leren van ons?
Het diner aan het begin van de avond was een belangrijk element in het welslagen van het geloofsgesprek: de leden van ons zeer diverse groepje leerden elkaar zo op informele wijze kennen, wat de openheid later zeer ten goede kwam. Gezelligheid blijkt een goede opstap naar geloof te zijn, via waardering en vertrouwen.
De dialoog heeft geen dubbele agenda en heeft geen doel, anders dan van elkaar te leren en daardoor zelf verrijkt te worden en te groeien. Het gaat om het delen van het leven en van wat je belangrijk vindt. In die geest hebben samen met onze gasten gedeeld wat ons raakt in de relatie tussen kerk en samenleving.
Toegankelijkheid kwam ter sprake. Men ervaart de kerk als weinig toegankelijk en heeft tegelijkertijd veel verlangen naar een kerk die dat wel meer is. Kernelementen bij die toegankelijkheid zijn dat de kerk nu ervaren wordt als voor insiders en niet voor nieuwe mensen. Met onbekende vormen en vaste gebeden en handelingen die snel een buitengesloten gevoel geven.
We merkten op dat er openheid bestaat voor geloof en gelovigen, zeker onder jongeren, zolang het maar een privézaak is; wanneer er bepaalde keuzes worden gemaakt (van bidden voor het eten tot intreden in een orde), wordt het problematisch. Vroeger was de gemeenschap een bepalende factor in het geloof (meedoen met de rest), nu is het een bepalende factor in het niet geloven.
En er is iets geks gaande in de samenleving: enerzijds een afzetten tegen het eigen geloof, de eigen traditie en anderzijds respect vragen voor andere vormen van geloof dat met migranten in onze samenleving komt. Het afzetten is het afrekenen met geloof dat opgelegd wordt, geloof dat regels oplegt, onbegrijpelijk geloof. Waar is de ruimte, ruimte voor zelf-regie? En waar is de taal die wel te verstaan is? Met wie kun je nog wel over God spreken? Waar is de gemeenschap?
We mogen terugkijken op een geslaagde avond met mooie ontmoetingen en geanimeerde gesprekken. Het smaakt naar meer …